Mama mag naar huis. Normaal is dat iets waar je blij om bent. In ons geval, komt ze naar huis om daar misschien wel te sterven. Zelf is ze nog erg strijdbaar, gelukkig. Ik bewonder dat, hoe strijdbaar mensen worden als ze ernstig ziek zijn. Voordat ze weg kan, moet ze eerst nog veel medicijnen ophalen beneden in de apotheek. Ik merk dan goed hoe ziek ze is. Ze zit in een transport rolstoel, maar houdt dit eigenlijk nog geen half uurtje vol, omdat alles haar pijn doet. Na een uurtje is ze klaar om naar huis te gaan. Mijn stiefvader haalt ons op uit het ziekenhuis.
Lees ook: Het verlies van mijn moeder – Deel 1
Naar huis
Voordat mijn moeder thuis kwam, moesten we natuurlijk van alles regelen voor haar thuiskomt. Naar boven lopen om te slapen gaat niet meer en staand douchen ook niet. Bij thuiskomst stond er een bed in de woonkamer en een douchestoel in de badkamer. Ze wilde het nog even niet hebben over een po stoel. Dat is voor later, zegt ze. Die avond eten we met zijn allen en genieten we even van het samenzijn.
Bestralingen
Ik ga ondertussen weer ‘weer’ gewoon aan het werk. We gaan richting de kerstdagen en ik werk in de zorg, dus ook dan wordt er gewoon gewerkt. De dagen voor kerst krijgt mijn moeder bestralingen rond haar ruggenmerg, om te voorkomen dat ze verlamd raakt. Ze merkt wel dat ze minder pijn heeft in haar rug door de bestralingen, dat is fijn! Mijn stiefvader heeft ondertussen ook contact opgenomen het Antonie van Leeuwenhoek ziekenhuis voor een second opinion. Zij willen zeker nog eens naar mijn moeder haar dossier kijken en komen er zo snel mogelijk op terug.
Vocht
De dag voor kerst laat mijn moeder wat vocht uit haar buik halen. Haar buik wordt helemaal dik door het vocht en ze heeft er last van als ze zit. Ze wil toch een beetje comfortabel de kerstdagen door. Bij thuiskomst is ze extreem vermoeid. Ik bel nog even het met ziekenhuis of dit normaal, maar zij geven aan dat dat er wel bij hoort. Ze heeft veel vocht, mineralen en zouten verloren. Als het langer aan houdt, moet ik wel terug bellen.
Ze wil naar het hospice
Eerste kerstdag moet ik werken en die avond ga ik naar mijn schoonouders om kerst te ‘vieren’. Ik ben uiteraard alles behalve blij, maar ik vind het prettig om mijn gedachten te verzetten. Mijn lieve collega’s slepen me er gelukkig ook doorheen. Ik zit niet lekker bij mijn schoonouders, ik maak me zorg omdat mijn moeder al bijna de hele dag slaapt. Mijn stiefvader weet ook niet zo goed wat hij ermee moet. Ik besluit naar mijn moeder te gaan en daar de nacht te blijven slapen. Aangekomen bij mijn moeder, zie ik dat ze erg moe is. Ze wilt niet meer eten of drinken en wilt ook haar medicatie niet meer innemen. Ik vertel haar dat ik blijf slapen om haar te helpen ‘s nachts. Ze antwoordt wat verrast, maar vindt het goed. Die avond zegt ze nog graag naar het Hospice te willen, ze is te moe in nog te vechten. Ik weet even niet wat ik moet zeggen en stort buiten in elkaar van verdriet.
Afscheid nemen
Het is weekend, dus mama kan nog even niet opgenomen worden in het Hospice. Er moet sowieso eerst plek zijn. In het weekend komt de dienstdoende arts, om wat zaken door te nemen en om mijn moeder wat morfine te geven. Ze heeft veel pijn. De arts uit haar zorgt en denkt dat mijn moeder de rit naar het Hospice al niet aan kan. Ik zie ook dat mijn moeder steeds meer achteruit gaat dat weekend. Familie komt ook veel langs om mijn moeder nog te zien en te kunnen knuffelen. Heel spraakzaam is ze niet meer. Ook zijn mijn broertje en stiefzusjes de hele tijd aanwezig. Erg fijn! In de nachten roept ze me regelmatig. Inmiddels is er ook een po stoel, omdat ze geen stap meer kan zetten. Mijn stiefvader helpt in de nacht om haar naar het toilet te brengen, alleen red ik het niet meer. Ook kunnen we zo allebei een beetje slapen.
Morfine
Het is maandag 28 december en er is helaas nog geen plek in het Hospice. Met de huisarts overleggen we hoe we het qua pijnmedicafie zien, omdat mijn moeder nu regelmatig een injectie met morfine krijgt. We spreken af om een morfine pompje te laten inbrengen. Ze krijgt dan een infuus met constante afgifte van morfine. Mijn moeder is amper nog aanspreekbaar, dus kan hierin niet zelf haar keuze maken. Rond 18:00 komt het technisch thuisteam om het infuus in te brengen. Ze helpt me nog even met mijn moeder te verzorgen. Ik merk mijn moeder na twee uurtjes erg onrustig wordt. Ze roept ons en beweegt constant haar benen. We mochten als het nodig was, een extra keer op de pomp drukken, zodat ze wat extra morfine krijgt. Dit lijkt iets te helpen.
De laatste adem
Rond 22:45 ben ik aan het roken buiten (nu gestopt, maar op dat moment wel 2 pakjes per dag denk ik). Mijn stiefvader komt snel naar buiten gerend; ‘Tamaar, je moeder doet vreemd. Kom snel kijken.’ Ik loop naar binnen en zie dat mijn moeder moeite doet om adem te halen. Ik herken dit van mijn werk in de zorg en weet dat dit haar laatste momenten zijn. We pakken allebei haar hand en zeggen; ‘Ga maar, het is goed zo, we houden van je!’. Na nog twee keer adem te hebben gehaald, overlijdt ze in ons bijzijn. Bol van de spanning ren ik naar boven om mijn broertje en stiefzusjes te halen. Even later staan we met zijn allen aan het bed. Ik sta verslagen aan het bed en sta meteen in de regel stand. Ik bel Damiën en mijn familie. Ze komen allemaal afscheid nemen.
Ondertussen is de uitvaartverzorging gebeld en de arts heeft mijn moeder geschouwd. Officieel dood heet dat dan.. vreselijk! Wanneer de uitvaartverzorging haar mee wilt nemen, ga ik naar buiten, even tot mezelf komen en beseffen wat er allemaal gebeurt. Om 1:30 ‘s nachts wordt ze weggereden om verzorgd te worden. En wij staan daar, verslagen, wanhopig van verdriet. Dag, lieve mam…
]]>
Leave a Reply